Omschrijving opdracht:

De leerlingen werken allemaal samen om zelf een dansje te maken en in te studeren voor het schoolfeest. Ze mogen gebruik maken van de computers om op zoek te gaan naar een geschikt liedje. Het is de bedoeling dat ze hun dansje filmen met een digitale (foto)camera, zodat ze achteraf kunnen reflecteren op hun dansje.

 

 

 

Verantwoording opdracht

Verantwoording van de activiteiten

  • Waarom helpt deze activiteit bij het bereiken van de doelstellingen van het vak? 

Door het uitvoeren van deze opdracht leren leerlingen reflecteren over de bewegingsexpressie van zichzelf en van anderen.

  • Waarom past deze activiteit bij de leerlingen van dit leerjaar?

De leerlingen zijn graag creatief bezig, ze gaan graag zelf aan de slag en bij deze opdracht kunnen ze dat ten volle.

  • Waarom past deze activiteit bij de gekozen ICT-eindterm?

Veilig: De leerlingen weten dat ze voorzichtig moeten omgaan met het materiaal dat ze mogen gebruiken.
Verantwoord: Het is misschien niet verantwoord om de leerlingen zelfstandig aan de slag te laten gaan met een digitale (foto)camera, maar ik wil dat ze met een digitale (foto)camera leren werken. 
Doelmatig: De leerlingen gebruiken de computer en een digitale camera om hun dansje op te nemen en achteraf te reflecteren op hun bewegingsexpressie.

  • Waarom verhoogt deze activiteit de kwaliteit van het onderwijs?

Deze opdracht is sluit aan bij hun leefwereld. Ze mogen zelf kiezen hoe ze de opdracht invullen.

  • Hoe zou je dit praktisch aanpakken in de klas?

De leerlingen werken allemaal samen. Ze hebben verschillende computers en digitale camera's ter beschikking.
De leerkracht observeert en stuurt bij waar nodig.

 

ICT

Eindterm 1
De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.

Eindterm 2
De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.

Eindterm 4
De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
 

 

Leerplandoel

5. Kinderen ervaren de mogelijkheden van de lichaamstaal en van de dans om met zichzelf en met anderen te communiceren.
5.3 zelf dansen ontwerpen om individueel of in groep uit te voeren
 
6. Kinderen trachten de bewegingsexpressie van zichzelf en anderen te beoordelen.
6.4 hun bewegingsexpressie en die van anderen kunnen en durven bespreken